Cricket: Excelsior’20 geeft zege uit handen tegen HBS

De volgende ronde in de finale lag voor het grijpen voor de cricketers van Excelsior’20 tegen HBS. In de zinderende slotfase was HBS knock down, maar niet out. De laatste batslieden van de thuisploeg kwamen tot 19 runs en die bijdrage was niet genoeg voor de volgende ronde. HBS 261 voor 8, Excelsior’20 251 all out.  Excelsior’20 uitgeschakeld, HBS vandaag tegen HCC. VCC finalist.

De Schiedammers kenden een droomstart. Eeen caught and bowled van Niels Etman bij de 1e bal van de wedstrijd betekende een ‘diamond duck’voor Tayo Walbrugh. Even leek iets moois te ontstaan op Thurlede. Nummer 2 Gavin Kaplan en 3 Wesley Barresi waren allerminst onder de indruk. Met bekeken spel en enig geluk scoorden zij 107 respectievelijk 86 runs. Op 188 voor werd hun partnership gebroken. Mede door de extra’s en gemiste vangen kwam de Haagse ploeg toch nog op 261 voor 8. Niels Etman en Tom Heggelman eisten beide 3 wickets op.

Een mooi totaal van HBS, maar op het redelijke veld en battingwicket waren de winstkansen waren ruim aanwezig. Tim Etman moest nu eens laten zien dat hij een totaal kon ‘chasen’. De kritikasters werden op hun nummer gezet door de ontketende Tim Etman. Zijn snelle 78 runs bevatten 10×4 en 4×6. Tom Heggelman bleef een eind achter met 30 runs. Stan van Troost deed opnieuw van zich spreken met 52 harde runs.  Te snel bleven daarna de positieve uitchieters uit. Met Roe Verhagen (22) en Lorenzo Ingram (33) kon de strijd nooit worden gewonnen. Zeker als opnieuw de staart stil bleef. In het algemeen heeft Excelsior’20 best een aardig seizoen gedraaid met in het eind een plek in de finalepoule van T20 en een plaatsje in de poule om de titel. Natuurlijk was de absentie van Brett Jampton de laatste potjes voelbaar. Dientengevolge speelde weer een eigen clubjongen in de hoofdmacht. Des te knapper als de tegenstanders met een handjevol ‘ingehuurde’ toppers aantreedt. Het applaus van de uitgedunde aanhang was niet minder gemeend na de teleurstelling.

Door: Ton de Leede
Foto: Ruben Zegers